Rekencentrale

Oefenen

Oefenen bij rekenproblemen

Wat te doen bij rekenproblemen?

Oefenen bij rekenproblemen. Om goed te leren rekenen moet je veel oefenen. Hoe lastiger het rekenen voor jou is, hoe meer dat moet. Het gaat dus een beetje tegen de draad in. Iemand bij wie het rekenen vlot gaat vindt oefenen niet naar en hoeft er ook minder tijd aan te besteden. Een kind bij wie het leren rekenen stroef gaat heeft er minder zin in maar moet juist meer oefenen. Niet leuk, maar achterblijven met rekenen is op den duur veel naarder.

En wat kun je doen om die leerling vooruit te helpen met rekenen?

Oefenen bij rekenproblemen is dus gewoon nodig. De kunst is om het zo effectief en zo prettig mogelijk te maken. Hier drie tips:

  • Altijd beginnen op een punt waar het kind de stof nog beheerst. Wat hebben we gisteren gedaan? Weet je dit nog, of dat? Eerst stevig op die basis gaan staan. En pas vandaaruit een stap verder doen.
  • Het oefenen kort houden. Bijvoorbeeld: vijf minuten oefenen in het vooruit en achteruit tellen. Welke reeksen je oefent hangt af van wat nog moeilijk is. Als de telrij tot 10 er goed inzit – ook met opdrachten zoals: van 2 naar 7, en van 8 naar 3 – dan ga je het gebied tot 20 oefenen. Stukje vooruit tellen, stukje achteruit. In de volgende fase is de telrij in het hele gebied tot 100 aan de beurt.  Stukje vooruit, stukje achteruit.  Maar denk eraan: na vijf minuten gaan we iets anders doen! En pas morgen weer verder met die telrij.
  • Soms krijgt een kind oefenstof mee van school. Ouders moeten bij dat oefenen thuis altijd helpen. Helpen op streek te komen, moed te verzamelen, hobbels te nemen, hand vasthouden en verder helpen als het moeilijk is. Laat een jong kind niet alleen met werk dat best veel eist van hem of haar.

Rob's oefenrol

Wat schuil gaat achter een getal

Wat enorm helpt is een goede rekenmethode. Die zijn een tijd lang schaars geweest. (…) Veel oefenen bij rekenproblemen … Wat je hier ziet is de telrol die Rob, mijn man, op de kleuterschool heeft volgeschreven met getallen.  Lees verder >

Cursus 'Cijferend rekenen'

Cijferend rekenen is een fijne betrouwbare methode om sommen uit te rekenen. Voor sommige kinderen gaat dat ook goed via andere methoden. Maar veel kinderen hebben baat bij deze beproefde aanpak. Generaties lang heeft dit gewerkt en voor wie het goed leert werkt het nog steeds! In de boekjes cijferend rekenen die Rob Milikowski maakte wordt deze vorm van rekenen in kleine stappen aangeleerd. Bij elke les hoort een oefenblad. Download het gratis boekje Optellen en kijk hoe het bevalt.     

Bekijk de cursus en download een oefenboekje >

Andere oefeningen om te tellen en te rekenen

Voor kleine kinderen

In de groepen 1 en 2 wordt best al hard gewerkt aan het leren en oefenen van de rekenbasis. Het idee is dat een kind, als het naar groep 3 gaat, de telwoorden en de cijfers tot 10 kent, en van elk ook de betekenis kent. Dus: twee = 2 = ** ; drie = 3 = *** en zo voort.

Dit alles onder de knie te krijgen is voor sommigen kinderspel. Maar dat geldt lang niet voor iedereen. Veel kinderen hebben hier echt moeite mee. Dat hoeft nog helemaal niet op dyscalculie te duiden. Maar het wijst wel op de noodzaak van extra oefenen.

Op school zijn daar de nodige materialen voor. Maar thuis heb je die in feite ook.

leren rekenen met sokken
foto: Nick Page op Unsplash

Materialen als: knuffels, bekers, bordjes, lepels, vorken, boekjes, sokken, noem maar op. Ze komen dagelijks bij iedereen langs. En het is een goed idee om met die spullen telspelletjes te doen met je kleuter.

Hoeveel bordjes zetten we straks op tafel? Helpen maar even neerzetten en uittellen. Hoeveel sokken halen we uit de droger? We spreiden ze uit op het bed, sorteren ze in paren en tellen de hele handel uit. Hoeveel sokken, hoeveel paren sokken?

En hoeveel knuffels heb je eigenlijk, zijn die allemaal present vandaag?    

Maak het niet te zwaar, houd het luchtig! Het moet een spelletje blijven. Maar het helpt wel om de rekenbasis te versterken.

Klokkijken

Leren klokkijken is voor de een iets dat spelenderwijs lukt, maar voor de ander kan het een beproeving zijn. Veel kinderen met dyscalculie hebben ook problemen met klokkijken. En een deel daarvan heeft ook niet zo’n goed gevoel voor tijdsduur. Hoe lang zijn we nu bezig? Een uur of tien minuten? Dat kan niet iedereen zo makkelijk inschatten. Een klok is dan een extra prettig hulpmiddel. Die houdt de tijd voor je bij.

Klokpuzzel bij klokkijken leren remelka
Klokpuzzel

Tip voor ouders: zorg dat er goed zichtbare ronde klok in huis hangt. Met duidelijke cijfers erop, en streepjes voor de minuten. Zonder klok in huis is het leren klokkijken voor een kind net iets moeilijker.

Met hulp van Remelka

Toen ik rekenhulp gaf op het Spectrum, een school voor speciaal basisonderwijs, stond daar in de kast nog de oude Remelka methode. Die gebruikt inmiddels bijna niemand meer, maar ik had er veel baat bij toen we een oefenboekje gingen maken voor het leren klokkijken.

Hier is een pdf van het boekje dat we destijds hebben samengesteld: Klokkijken volgens Remelka

Met dank aan sbo Het Spectrum in Amsterdam.

Getalkaarten

De getalkaarten zijn een prachtig didactische uitvinding. Je leert er kinderen op een lekkere hands-on manier met tientallige stelsel mee aan. Je kunt er alle getallen tot en met 9999 mee samenstellen. Maar je kunt er ook gewoon de juiste notatie van tweecijferige getallen me oefenen. Ideaal voor kinderen die soms eenheden en tientallen verwisselen en 95 schrijven als dat 59 moet zijn.

Op alle Montessorischolen werd vroeger met die getalkaarten gewerkt, en op veel scholen hebben ze die nog steeds. Onze Rekencentrale heeft ze ook. Heel prettig om mee te werken.

Hoe gaat dat?

Je hebt kaarten voor de eenheden, de tientallen, de honderdtallen en de duizendtallen.  Negen kaarten van elke soort. Van 1 tot en met 9, van 10 tot en met 90, van 100 tot en met 900 en van 1000 tot en met 9000.

Als je zevenduizend zeshonderd achtenvijftig moet maken pak je eerst de kaart voor 7000. Op de nullen van de 7000 leg je de kaart voor 600. Op de twee nullen van 600 leg je de 50 kaart. En op die nul van de 5 leg je de 8.

Houten kaarten zijn het mooist natuurlijk. Maar ze zijn bepaald niet gratis. En het systeem kun je ook, op een heel voordelige manier, op papier uitvoeren. We hebben eens met een hele klas die papieren kaarten gemaakt, zodat ze gebruikt konden worden als oefenmateriaal. Hier is het materiaal om papieren getalkaarten te maken.  Je moet er wel wat knipwerk voor doen!

Download ze hieronder: